Uitgangspunt voor de restauratie was het terugbrengen van de oorspronkelijke dakhelling uit de 16e eeuw. Uit de geschiedschrijving is bekend dat de oorspronkelijke hoge kap is afgebrand. De trapgevel is op een historisch schilderij waarneembaar en te ontleden. De oorspronkelijke Gotische hoofdvorm van het stadhuis is gereconstrueerd door het plaatsen van een nieuwe kap over de bestaande kap. De bestaande houten spanten (Philibert de l’Orme) uit 1844 zijn bewaard gebleven en staan als een respectvol “skelet” uit het verleden in de twee nieuwe vergaderzalen. De eigentijdse samengestelde constructie bestaat uit gelamineerde spantbenen die onderspannen zijn met stalen trek- en drukstangen.